Kinderen Voeding

VOEDING en KINDEREN

Hoe zit dat nou met kinderen? Wat kan ik ze wel geven en wat niet? Wat smeer ik op hun boterham? En wat geef ik ze tussendoor? Wat heeft een kind nodig aan voeding?

Dit soort vragen krijg ik in de praktijk regelmatig. 

 

Ons lichaam weet van nature wat het nodig heeft. Als een kind iets nodig heeft, zal het dat kenbaar maken. Het zal gaan huilen, jengelen of, op latere leeftijd, lopen klieren. Toch is het niet altijd duidelijk wat een kind wil, zeker niet als het er (nog) geen woorden aan kan geven. Heeft het honger? Of heeft het dorst? Of is er behoefte aan liefde, aan fysiek contact? Is er pijn of fysiek ongemak? Of misschien wil je kind wel intellectuele uitdaging?

 

Vaak wordt er iets te eten gegeven als een kind jengelt. De borst, een soepstengel, een broodkorst of iets zoets. In de supermarkt of in de stad zie ik kinderen die uren in een kinderwagen zitten met iets te eten in hun hand, soms zelfs met een zak snoep op schoot. De behoefte van het kind wordt hiermee vervormd. Wilde het kind eigenlijk aandacht of minder last van pijn, dan leert het zo dat je dan wat te eten in je mond stopt. Ook de zoethoudertjes omdat er nog geen voeding voorhanden is, omdat je onderweg bent of nog aan het koken bent, geven je kind een verkeerd signaal. Zoet mag best zo af en toe om iets te vieren, maar het is niet bedoeld om dagelijks de honger te stelpen.  

JONG GELEERD IS OUD GEDAAN


Al op jonge leeftijd worden smaakvoorkeuren vastgelegd. Zelfs de voeding van de moeder tijdens de zwangerschap en de borstvoeding heeft invloed op smaakvoorkeuren van het individu.


Daarbij lusten we zoet al. Moedermelk is zoet en van nature hebben we als mensen een voorkeur voor zoete smaken: zoet geeft snelle energie. We zijn zelfs zo geprogrammeerd dat we van zoet minder snel verzadigd raken. In de natuur is er een schaarste aan zoet en als het er wel is, als het fruit rijp is, dan konden we er maar beter veel van eten, als voorbereiding op de winterperiode met juist schaarste aan voeding. Nu, in onze huidige maatschappij, is er juist een overvloed aan voeding en zeker aan zoet. Het wordt ons continue aangeboden, we worden steeds weer verleid. Juist het leren eten van andere eten is iets waarbij je als ouders een rol speelt: vezelrijke voeding, voedsel waar extra op gekauwd moet worden, andere smaken.

IN DE SUPERMARKT


Ook, en misschien wel juist, voor voedsel voor kind geldt dat je het beste dat eten koopt dat je herkent uit de natuur: een appel, sla, sperzieboontjes, eieren et cetera. Eet volwaardige producten: ongeraffineerd en onbewerkt. Zo krijg je optimale voedingstoffen en zo min mogelijk schadelijke stoffen.


Koop je toch bewerkt voedsel, laat je dan niet misleiden door de verpakking. De afbeeldingen van wuivende halmen en blije boerderijdieren dekken vaak niet de inhoud van de verpakking. Het is belangrijk dat je leert om de etiketten te lezen.


Kijk naar de ingrediëntenlijst en de voedingswaardetabel. De ingrediënten staan op volgorde van percentage van de inhoud. Is het eerstgenoemde ingrediënt suiker, dan zit daar dus het meeste van in. Wees je bewust dat er veel verschillende soorten suiker zijn, zie de afbeelding hiernaast. Zie je een lange lijst met bijzondere, weinig herkenbare namen en veel E-nummers, laat het product dan links liggen.


Kijk in de voedingswaardetabel met name naar de voedingswaarden per 100 gram. Als het aandeel koolhydraten per 100 gram heel hoog is, bijvoorbeeld 30 gram suiker per 100 gram, dan beïnvloedt dat dus sterk de bloedsuikerwaarde. Je kind krijgt er snel energie van, maar dit wordt gevolgd door een dip in de bloedsuiker waardoor het kind snel weer iets wil hebben. Ook transvetten zijn niet goed. Ontbijtgranen in een pak voor kinderen zijn vaak nog ongezonder dan die voor volwassenen. Vaak zijn ze extra gezoet. Een eigen mix van granen met noten en gedroogd fruit kan met bijvoorbeeld yoghurt als ontbijt.

VAN VULSTOFFEN EN VOEDINGSSTOFFEN


Naast dat bewerkte en zoete producten bloedsuikerschommelingen veroorzaken, tot gewichtstoename kunnen leiden, ontstekingsbevorderend werken, cariës kunnen versnellen en gedrag kunnen beïnvloeden, bevatten ze ook nog eens weinig voedingstoffen. Het is wel vulling, maar geen voeding. Daardoor eten kinderen minder van het ze wel nodig hebben: groente, fruit, eiwitten als eieren, bonen, vlees en gezonde “langzame” koolhydraten. Zorg er als ouders voor dat er zo weinig mogelijk vulling in gaat en zo veel mogelijk voeding. Zeker met jonge kinderen is dat de verantwoordelijkheid van de ouders. Bij oudere kinderen is dat lastiger, die eten immers vaker buiten de deur en hebben meer zelf. Je hebt dan wel nog controle over wat je thuis aanbiedt. Stop daar zo veel mogelijk voedingswaarde in.

DOOR MINDER VULLING AAN TE BIEDEN, IS ER MEER BEHOEFTE AAN VOEDING

TIPS EN IDEEËN


Maar hoe pak je het nou aan? Voor een deel is dat uitproberen. Het ene kind is het andere niet. Natuurlijk zijn er wat algemene tips en ideeën, die ik graag met je deel.


  • Betrek kinderen in het hele traject van eten. Laat kinderen helpen in de moestuin, met boodschappen doen en in de keuken. De kinderen vinden het eten dan vaak lekkerder, zijn trots op wat ze hebben gemaakt en leren meer waardering op te brengen voor de voeding en bereiding.
  • Maak tijd om gezamenlijk aan tafel te eten en zorg dat je zelf een goed voedingspatroon hebt. Geef het goede voorbeeld!
  • Geef niet alleen wat ze al lusten en kennen en biedt juist variatie en nieuwe dingen aan. Wees geduldig, sommige dingen moet je kind leren eten. Forceer niet, maak er geen strijd van en laat kinderen niet uren met hun eten zitten totdat ze het opgegeten hebben. Maar blijf iets nieuws of iets dat ze (nog) niet lusten aanbieden en blijf uitnodigen om te proeven. Laat zien dat je het zelf met plezier eet. Het duurt een aantal keer om nieuwe dingen te gaan lusten. Biedt ook een alternatief aan in de maaltijd. Varieer in de bereiding: rauw, koken, stomen, stomen, grillen, roerbakken, pureer. Geef het voedingsmiddel liefst in pure vorm. In een saus of soep leren ze de groente niet per se waarderen.
  • Wat betreft drinken is eigenlijk alleen water en (kruiden)thee goed. In een pakje sap zit ongeveer net zoveel suiker als 3 suikerklontjes. Dat is veel. Ook vers geperst sap bevat veel suiker en weinig vezels.
  • En melk dan? Van nature drinken baby’s melk, borstvoeding. Op latere leeftijd hebben we melk niet nodig. Een groot deel van de wereldbevolking kan er niet goed mee omgaan en krijgt er klachten van. Ik zie veel kinderen die minder last van eczeem en oorontstekingen hebben als ze stoppen met melk drinken. Sommigen moeten daar streng in zijn en alle zuivel laten staan, anderen kunnen best af en toe yoghurt eten of wat geitenkaas op brood nemen. Vaak wordt er dan gevraagd hoe je dan kalk binnenkrijgt en of dat dan gesuppleerd moet worden in verband met de botopbouw. Interessant is dat juist bij volkeren die veel melk drinken de hoge percentages met osteoporose voorkomen. Calcium kan je uit bijvoorbeeld noten, zaden, peulvruchten, asperges, gedroogde abrikozen, artisjok, broccoli, boerenkool, venkel en olijven halen.
  • Hebben kinderen tussendoortjes nodig? In principe volstaat het eten van drie maaltijden. Maak deze maaltijden voedzaam en zorg dat er vezels, eiwitten en vetten in zitten. Door geen tussendoortjes te nemen, heb je trek als je gaat eten en zal je je met voedsel vullen. Intermittend fasting, in de zin van één of meer maaltijden overslaan, is voor kinderen niet goed en niet nodig. Door geen tussendoortjes te nemen is er genoeg tijd voor schoonmaak en herstel. Het Migrating Motor Complex is een schoonmaaksysteem van je darmen. Dit proces heeft anderhalf a twee uur nodig om je darmen schoon te maken. Komt er in de tussentijd voedsel binnen, dan wordt het proces onderbroken en richt de energie zich op het nieuw binnengekomen eten. De schoonmaak die belangrijk is, wordt dan niet voltooid. Daarnaast geeft iedere voedselinname een schommeling in de bloedsuiker. Vaak wordt op school om een tussendoortje gevraagd. Kies dan voor iets gezonds: fruit, groente, een rijstwafel met notenpasta.
  • Mogen ze dan nooit wat lekkers? Dat is vaak niet mogelijk en ook niet altijd wenselijk. Je ziet soms dat kinderen die thuis nooit zoets krijgen helemaal uit hun dak gaan als ze bij anderen zijn. Je kan met je kinderen afspreken dat ze bijvoorbeeld een keer in de week een glas fruitsap mogen drinken of een ijsje mogen eten, of je laat de kinderen een dag in de week kiezen wat ze eten.
  • Eet je alleen plantaardig, let er dan op dat je voldoende eiwitten geeft. Eiwitten vind je in paddenstoelen, noten, bonen. Combineer deze met koolhydraatbonnen. Goede koolhydraten zijn bijvoorbeeld volkoren producten, quinoa, zilvervliesrijst en knolgroenten. Geef niet te vaak sojaproducten, soja is een fyto-oestrogeen. Let op! In veel vleesvangers zit soja verwerkt.
  • Zijn supplementen nodig? Bij voldoende variatie in gezonde voeding en goede opname in de darmen is suppletie niet nodig, behalve vitamine D3 bij jonge kinderen en als er geen vis wordt gegeten omega 3. Bij onvoldoende of onvoldoende gevarieerde voeding of opname en bij een gebrekkige weerstand kan suppletie wel belangrijk zijn.

DISCLAIMER: De tekst hierboven bevat algemene adviezen. Verdraag je bepaalde voeding niet, bespreek dan met je arts of therapeut hoe hier mee om te gaan. Wil je een advies op maat, passend bij jou en bij jouw doelen, maak dan een afspraak.

WAT IS JOUW DOEL?


Wil je fitter worden? Wil je sterker worden? Wil je afvallen? Wil je juist aankomen? Wil je beter voor jezelf zorgen? Wil je minder druk in je hoofd zijn? Wil je minder last hebben van eetbuien? Wil je gezonder eten? Wil je gezonder leven? Wil je meer energie? Wil je een betere conditie? Wil je meer tijd voor je zelf? Of wil je een combinatie van een deel van deze doelen?


WIL JIJ WERKEN AAN JOUW DOEL?


Wil je aan jouw doel werken en wil je daar begeleiding bij?

Neem dan contact op met de praktijk. We sturen je dan een vragenlijst toe die we tijdens de intake samen doornemen. Afhankelijk van je doelen, wensen en motivatie maken we een plan op maat om naar jouw doel toe te werken.